Voor velen lijken poëzie en wetenschap twee totaal verschillende werelden. Toch zijn er tegenwoordig indrukwekkende archeologische vondsten die laten zien dat deze disciplines elkaar juist kunnen versterken. Een van die ontdekkingen? Dankzij 1.400 jaar oude Chinese gedichten hebben onderzoekers het raadsel ontrafeld van de ernstig bedreigde Yangtze-vinloze bruinvis.
Al meer dan een millennium is dit bijzondere dier een vast symbool in de Chinese cultuur. Door gedichten vanaf de 7e eeuw tot in de 20e eeuw te analyseren, konden biologen – zo werd vorig jaar aangetoond in het wetenschappelijke tijdschrift Current Biology – nauwkeurig in kaart brengen hoe het leefgebied van deze zoetwaterbruinvis steeds kleiner werd. Het resultaat is schrikbarend: de soort, die ooit heel gewoon was in het uitgestrekte rivierenlandschap, komt nu slechts nog in minimale aantallen voor.
Deze ontdekking stelt ons niet alleen in staat de achteruitgang van de enige zoetwaterbruinvis ter wereld te begrijpen, maar dwingt ons ook anders te kijken naar het nut van literatuur: oude teksten blijken soms onmisbare bron bij het beschermen van soort en natuur.
Hoe keizerlijke Chinese gedichten het lot van de Yangtze-bruinvis onthullen
Eeuwenlang was de vinloze bruinvis een terugkerend onderwerp in poëzie van keizers, reizigers en geleerden door heel China. Van de Tang-dynastie tot aan de Qing beschrijven talloze teksten dit dier als embleem van de rivier — soms zelfs als voorteken van geluk (of juist rampspoed).
Onderzoekers hebben diezelfde oude teksten minutieus doorgespit – en gekoppeld aan biografische details van de dichters zelf. Zo ontstond een soort historische kaart van waarnemingen: waar werd deze vrolijk ogende bruinvis de afgelopen veertien eeuwen door mensen gezien? De resultaten zijn onthutsend: de verspreiding is sinds de oudheid met 65% afgenomen. In de hoofdloop van de Yangtze is de populatie met een derde geslonken, maar in zijrivieren en meren is het verlies zelfs dramatisch – tot wel 91%.
Waarom is de Yangtze-bruinvis zo bijzonder?
De vinloze bruinvis van de Yangtze is de enige echte zoetwaterbruinvis ter wereld. Wat meteen opvalt: deze bruinvis heeft geen rugvin. Daardoor heeft het dier — dat gemiddeld niet groter wordt dan 1,8 meter — een opvallend ronde, vriendelijke uitstraling.
Voor veel Chinezen geldt de bruinvis als een dier dat altijd ‘lacht’: het heeft een soort glimlach op zijn ronde kop. Bovendien dichtte men het dier in vroeger tijden magische eigenschappen toe. Volgens de overlevering kondigde de bruinvis stormen aan, beschermde het vissers tegen ongeluk, en was het een soort geestelijke beschermer van de rivier zelf. geen wonder dus dat het dier al die eeuwen in poëzie, verhalen en liederen bleef opduiken.
Tegenwoordig is het plaatje een stuk somberder. Er leven minder dan 1.200 bruinvissen in de vrije natuur — de soort staat sinds kort als ‘ernstig bedreigd’ op de rode lijst van de IUCN. In 2025 dreigen we er zelfs nóg meer bruinvissen te verliezen als de vervuiling en overbevissing in de Yangtze niet drastisch worden teruggedrongen.
Kan poëzie natuurbehoud daadwerkelijk helpen?
Volgens het team achter het artikel in Current Biology is poëzie niet alleen kunst; het is óók een waardevol historisch archief. Door systematisch ruim duizend jaar aan literaire werken te doorzoeken, vonden de onderzoekers informatie over gedrag, habitat en relatie tot de mens die nergens anders was vastgelegd.
Dit bijzondere voorbeeld uit China laat zien dat cultuur en biodiversiteit nauw met elkaar verbonden zijn. Oude teksten openen onze ogen voor wat we dreigen te verliezen – en inspireren mogelijk tot nieuwe manieren om te beschermen wat ons dierbaar is. Misschien is dit precies het moment om eens met andere ogen naar onze eigen (verborgen) literaire en natuurlijke schatten te kijken.