Ooit draaide alles om lithium en kobalt — nu neemt gallium stilletjes de hoofdrol over in het wereldwijde technologie-schaakspel. Heeft u er ooit van gehoord? Gallium klinkt misschien als iets uit een Marvel-film, maar dit metaal is onmisbaar voor de toekomst van chips, elektrische auto’s en zelfs defensie. Toch produceert de hele wereld niet meer dan 760 ton per jaar. Wat gebeurt er met grondstof nummer 31, en waarom letten alle ogen op China?
China’s greep: 98,8% van de markt in handen
Laten we het kort houden: China beheerst de galliumwereld nu alweer drie jaar — met een indrukwekkende 98,8% marktaandeel. In 2024 werden de uitvoerbeperkingen nog strenger, officieel in naam van ‘nationale veiligheid’. De prijs schoot omhoog naar 725 dollar per kilo. Voor Nederlandse tech of defensie klinkt dat misschien als een niche, maar de impact is enorm — zeker nu de rest van de wereld er moeilijk aan komt.
Waarom gallium zo waardevol is
Je zou verwachten dat een markt van ‘slechts’ 550 miljoen dollar niet veel stof doet opwaaien — tot je beseft hoe strategisch gallium is. Volgens analist Andy Home (Reuters) is gallium essentieel voor de productie van galliumarsenide (GaAs) en galliumnitride (GaN), die beide onmisbaar zijn voor moderne, krachtige chips. Denk aan snellere smartphones, energiezuinige elektrische auto’s en radarsystemen voor defensie.
De geopolitieke strijd om gallium
De technologische wapenwedloop tussen China en de VS is natuurlijk geen nieuws. Toch heeft China in 2025 het gebruik van gallium als geopolitiek drukmiddel flink uitgebouwd, vooral richting Amerika en Europa. Volgens Reuters houdt het Chinese ministerie van Handel streng toezicht op elk spoor van illegale export — waardoor binnenlandse prijzen relatief stabiel blijven, maar de internationale prijzen exploderen.
Van civiele markt tot defensiestandaard
Gallium is niet alleen belangrijk voor smartphones en oplaadstations. De eerste militaire doorbraken kwamen tien jaar geleden al van het Amerikaanse DARPA met GaAs-chips in raketgeleiding en radartechniek. Inmiddels produceert China grootschalig GaN-chips voor hun nieuwste defensiehardware. Chips van ASML uit Veldhoven? Ook afhankelijk van Gallium-grondstoffen uit Aziatische centrales…
De Chinese strategie werkt: door massaal te investeren in nationale maakindustrie en raffinaderijen, verstevigt China niet alleen zijn burgerlijke techmarkt, maar vergroot het ook de dominantie in militaire toepassingen. Japan waarschuwde Europa hier al jaren geleden voor.
Wat doet Europa en Nederland?
Is het allemaal verloren? Niet helemaal. Westerse bedrijven zetten in op heroriëntatie. Het Canadese onderdeel van Rio Tinto haalt nu gallium terug uit afval uit de alumina-raffinaderij in Quebec — doel: 3,5 ton per jaar op een pilotinstallatie. In Griekenland wil METLEN in 2028 minimaal 50 ton per jaar produceren via een project rond bauxiet- en alumina-verwerking. Laten we hopen dat Nederlandse technologie hier ook zijn voordeel uit kan halen.
Tijdbom: de kennis opnieuw opbouwen
Er zit wel een addertje onder het gras — Westerse raffinaderijen zijn hun kennis over galliumproductie in de afgelopen jaren kwijtgeraakt. Toen China de markt overspoelde met goedkope metalen, zijn wij gestopt met produceren. Nu moeten bedrijven opnieuw leren hoe je gallium efficiënt kunt raffineren. Dat is technischer dan het klinkt — en dat kan jaren duren.
Vooruitblik: strategisch nadenken over kritieke metalen
De strijd om gallium is geen incident, maar een voorbode van een bredere technologische competitie. China laat zien dat het bereid is kritieke grondstoffen als geopolitiek wapen in te zetten. Europa en Nederland staan voor een lastige keuze: investeren in alternatieven, of het risico lopen op schokken in de toeleveringsketen. Projecten zijn hoopgevend, maar de tijd dringt: tot die tijd blijft het Westen afhankelijk van Chinese strategie — en dat voelt niet bepaald comfortabel.
Wist u trouwens dat gallium bij kamertemperatuur in je hand kan smelten? Stiekem fascinerend — het soort wetenschap waar onze toekomstige chips op gebouwd worden. Wie dit eenmaal weet, kijkt echt anders naar zijn smartphone — of naar die Tesla op de A2.