We kennen het allemaal: je pelt knoflook, en – zonder erover na te denken – verdwijnen de schillen direct in de vuilnisbak. Jammer eigenlijk, want wist u dat die gele schilletjes een klein wondermiddel voor uw tuin zijn?
Als ervaren tuinier en liefhebber van groen in de stad ben ik altijd op zoek naar eenvoudige trucs die zowel duurzaam als effectief zijn. De knoflookschil in water is er zo één: echt een tip die ik van harte aanbeveel aan iedere plantenliefhebber in Nederland.
Waarom knoflookschillenwater gebruiken?
De schillen van knoflook zijn rijk aan antioxidanten en voedingsstoffen. Wanneer je ze een nachtje laat trekken in water, ontstaat een natuurlijke plantenbooster die de bodem voedt – zonder dure meststoffen uit de winkel.
Wat ik vooral interessant vind: knoflook staat in onze streek ook bekend om zijn antibacteriële en antischimmelwerkende eigenschappen. Door uw planten af en toe met knoflookwater te begieten, verkleint u de kans op ongedierte als spintmijt en vervelende schimmels. Uw tuin wordt er letterlijk weerbaarder van.
Hoe maakt en gebruikt u knoflookschillenwater?
- Was de schillen goed om restjes grond of zand te verwijderen – maakt een verschil.
- Doe ze in een glazen pot (ik gebruik gewoon een oude augurkenpot) en giet er warm water overheen.
- Laat het trekken op het aanrecht, zo’n 8 tot 12 uur. Het hoeft niet precies – ik zet het vaak ’s avonds klaar en gebruik het ’s ochtends.
- Zeef het knoflookschillenwater: als je geen fijne zeef in huis hebt, werkt een koffiefilter ook prima.
- Giet het water aan de voet van de planten. Liever niet direct op de bladeren – natte bladeren zijn hier in Nederland berucht om schimmels.
- 1x per week volstaat. Sommige planten smullen er nog vaker van, andere niet – kijk goed wat werkt in jouw vensterbank of tuin.
Waar moet u op letten?
Laat het knoflookwater niet langer dan 24 uur staan, anders krijgt u kans op nare bacteriën en zelfs een vreemd luchtje in huis.
Let ook op: sommige planten zijn gevoelig voor knoflook – een beetje experimenteren is dus nodig. Start voorzichtig en bouw rustig op. Zelf merkte ik dat kamerplanten zoals Monstera en Pannenkoekplant (Pilea) het prima verdragen, maar echte gevoeligaards als orchideeën liever gewoon water hebben.
Een kleine moeite, groot resultaat
Met deze simpele tip tovert u een keukenscrap om tot natuurlijke plantenhulp. Leuk om te proberen na het koken, en eerlijk: u bespaart weer een paar euro op meststoffen van Tuincentrum de Boet of Intratuin. Wist u dat trouwens al?
Zelfs mijn buurvrouw in Rotterdam was verbaasd toen ik haar hierover vertelde. Probeer het eens en deel uw ervaring – het zijn juist deze kleine, lokale ontdekkingen die het verschil maken!