Een vergeten schat in de Harvard-archieven
De herontdekking van een eeuwenoude versie van de Magna Carta blijkt niet alleen historisch onschatbaar, maar zet ook het recht op democratie en rechtsstaat opnieuw in de spotlights. Terug naar 1946: iemand koopt na de Tweede Wereldoorlog een schijnbaar waardeloze, goedkope kopie van de Magna Carta. Het document – gedateerd uit 1327 – verdwijnt vervolgens, bijna tachtig jaar lang, ongezien in een stoffige kist van de Harvard Law School. Niemand had verwacht dat het om een origineel zou gaan.
Middeleeuwse parel tussen het archiefstof
Stel je dit voor: bijna tachtig jaar lag een zeldzame, originele Magna Carta uit de 14e eeuw gewoon te verstoffen in Harvard, onopvallend geclassificeerd als een “slechte kopie”. Destijds aangeschaft voor slechts 27,50 dollar bij een Londense boekhandelaar. Het document raakte daarna in de vergetelheid.
Een professor met scherpe ogen
Pas in december 2023 viel het op – dankzij David Carpenter, hoogleraar middeleeuwse geschiedenis aan King’s College London. bladerend door Harvard’s digitale bibliotheek stuitte hij op een schapenhuidperkament met de codenaam HLS MS 172. De stijl, het Latijn en vooral de kenmerkende hoofdletter “E” van ‘Edwardus’ deden bij hem alle alarmbellen rinkelen. Hij schakelde direct collega Nicholas Vincent van de University of East Anglia in, die de echtheid bevestigd heeft. Met deze vondst stijgt het aantal bekende originele exemplaren van deze versie naar 24 – de laatste officiele editie uitgegeven door de koninklijke kanselarij onder Eduard I.
Een reliek die 725 jaar overleefde
Het document, opmerkelijk goed bewaard gebleven, dateert uit het 28e regeringsjaar van Eduard I – en markeert het hoogtepunt van heruitgaven sinds het eerste Magna Carta-document uit 1215. Toen eisten rebellerende Engelse baronnen dat de koning, net als ieder ander, ook onder de wet moest staan.
Latere Engelse vorsten hernieuwden het document nog vaak, waarmee het uiteindelijk één van de fundamenten van het westerse staatsrecht werd. De Harvard-exemplaar is gevalideerd met spectrale beeldtechnieken, die de tekst en handschriften exact vergeleken met andere erkende originelen.
Ter vergelijking: het in 2014 gevonden exemplaar in het Engelse Sandwich was zwaar beschadigd en deels onleesbaar — Harvard’s versie blijft opvallend helder en compleet.
Van Appleby tot Harvard – het spoor terug
Harvard-experts denken dat de documentatie aanwijst dat dit exemplaar oorspronkelijk naar het stadje Appleby-in-Westmorland in Noord-Engeland is gestuurd. Waarschijnlijk speelde de lokale heer William Lowther een rol, die het mogelijk aan abolitionist Thomas Clarkson gaf. Clarkson – beroemd om zijn strijd tegen de Britse slavenhandel – verhuisde naar de regio en zijn familiearchief kwam uiteindelijk in handen van oorlogsvlieger en oorlogsheld Forster Maynard.
Maynard bracht het document in 1945 onder de hamer bij Sotheby’s; Harvard kocht het zonder ooit te beseffen wat ze in handen hadden. Hoewel het laatste stukje bewijs ontbreekt, is de keten verrassend solide.
Waardevol symbool in een onrustige tijd
Volgens Amerikaanse media komt deze herontdekking op een veelzeggend moment. Harvard stond recent onder druk van de Amerikaanse overheid, nadat president Trump 450 miljoen dollar aan federale subsidies introk vanwege studentenprotesten rondom de oorlog in Gaza en de universiteitsautonomie.
David Carpenter noemt het haast providentieus dat juist nu deze “oer-wettekst” boven water komt — een tastbare herinnering dat zelfs de machtigste leiders onder de wet vallen. “De Magna Carta zegt dat de leider niet zomaar alles kan maken; ook hij moet de wet respecteren”, benadrukt hij.
Meer dan een miljoenenobject
De ontdekking draait niet alleen om de verwachte waarde van meer dan 20 miljoen dollar (een 1297-versie bracht in 2007 zelfs 21,3 miljoen op), maar vooral om haar educatieve en symbolische betekenis. Zoals Amanda Watson, adjunct-decaan van de juridische bibliotheek van Harvard, het zegt: dit document biedt unieke kansen voor volgende generaties om te begrijpen waar democratie en individuele vrijheid vandaan komen.
Het is eigenlijk typerend — een middeleeuwse reliek duikt op in een Amerikaanse universiteit die haar academische vrijheid verdedigt. Daarmee krijgt deze vondst nog meer gewicht: een les uit het verleden, nu actueler dan ooit.